De Vecht in Ommen

Het grondwaterpeil is te laag: “Naar mijn idee valt dat wel mee”

Lara de Kluizenaar

Ommen – Wanneer Anton in ’t Veld (foto) in de jaren 80 de kelder van zijn schuur opentrekt,Anton in 't Veld ziet hij dat deze helemaal blank staat. Voorzichtig zet hij een stap naar binnen om te kijken waar het water vandaan komt. Vandaag de dag, zo’n veertig jaar later, loopt de schuur nog onder wanneer de grondwaterstand hoog is, en dat overkomt hem steeds vaker. Inmiddels trekt hij zonder erbij na te denken de pomp uit de kast om de schuur droog te pompen, maar veertig jaar geleden was hij nog niet bewust van het feit dat hij de daaropvolgende jaren zijn schuur aan zou treffen als die eerste keer in ’84. In ’t Veld krijgt dus regelmatig te maken met de stand van het grondwaterpeil en hoewel sommigen beweren dat deze daalt, denkt In ’t Veld daar anders over: “Tegenwoordig wordt er heel veel gezegd: het grondwaterpeil is te laag, maar naar mijn idee valt dat wel mee”. 

Ondanks dat het nog maar mei is en de echte hitte nog op zich laat wachten, kampt een groot deel van Nederland al met droogte, zo blijkt uit de Droogtemonitor van het KNMI. Dit is geen uitzondering voor het Vechtdal. In november meldde het waterschap Vechtstromen al dat er tot aan ongeveer april veel neerslag nodig zou zijn om de hoogte van het grondwater op een gezond peil te brengen, vanwege het gebrek aan neerslag in de voorafgaande periode.

Natte droogte

Afgezien van het feit dat Nederland steeds droger wordt, krijgen we ook steeds vaker te maken met hevige buien. Het lijkt tegenstrijdig, maar de twee gaan hand in hand. Onder droogte wordt een langere periode zonder neerslag verstaan, maar ook de mate waarin er water in de bodem ontbreekt. Van dit laatste wordt uitgegaan wanneer we spreken over een toenemende droogte. Door de stijgende temperaturen verdampt het water steeds sneller, wat de uitdroging van de bodem veroorzaakt. De temperatuurstijging zorgt er tevens voor dat de luchtvochtigheid toeneemt. Er zijn namelijk meer watermoleculen in de lucht door verdamping, waardoor er een groei is in de hoeveelheid neerslag. Voordat de bodem überhaupt een kans heeft om de gevallen neerslag tot zich te nemen, is dit alweer verdampt.

Sponsfunctie

Aldus wordt er hedendaags gekeken hoe de grondwaterproblematiek kan worden aangepakt. Aan het begin van de 20e eeuw was dit nog helemaal niet van de orde. Toentertijd werd er besloten om de Vecht te kanaliseren, mede om het transport over de rivier makkelijker te maken en het water sneller af te voeren. Inmiddels is dat besluit weer herzien en vindt de rivier haar natuurlijke weg door de regio. Dit meanderen biedt ook de mogelijkheid om vrij te overstromen in het geval van extreme neerslag. Water kan beter worden opgenomen in de grond, de sponsfunctie is dus hoger, en de bodem houdt het water langer vast. Ten tijde van droogte wordt daar vervolgens gebruik van gemaakt. Deze waterretentie kan nog niet opboksen tegen de verdamping die wordt veroorzaakt door de hoge temperaturen.

Naast het laten meanderen van de rivier is er ook gekeken naar het verlagen van de waterstand. Dit zou grote gevolgen hebben voor de omgeving, omdat de Vecht hier bepalend is voor het grondwaterpeil. Deze gevolgen kunnen zowel positief als negatief zijn, blijkt uit het onderzoek ‘Het effect van een meer natuurlijke Vecht op het grondwater’ van onder andere Robert Hoeksema, professor aan de Calvin University. Natte gebieden kunnen beter worden gedraineerd, maar de keerzijde is dat verdroging ook eerder op de loer ligt.

Of er in de toekomst nog meer verhalen zullen zijn zoals die van In ’t Velde, hangt dus allemaal af van de manier waarop er met de Vecht wordt omgegaan.