DALFSEN – Voor het eerst in 35 jaar was er geen traditionele veiling van het eerste vaatje Hollandse Nieuwe. In plaats daarvan schonk het Nederlands Visbureau duizenden zilte harinkjes aan de zorgmedewerkers in het Erasmus MC in Rotterdam en het UMCG in Groningen als dank voor hun inzet tijdens de coronacrisis. Een mooi gebaar. Maar… hoe smaakt die Hollandse Nieuwe? Welnu, proeven kan vanaf vandaag bij visspeciaalzaak Dalfijn aan het Kerkplein in Dalfsen. Spoileralert: het visje weet de smaakpapillen optimaal te prikkelen.
Gert-Jan Beekhuis van visspeciaalzaak Dalfijn heeft er zichtbaar plezier in als hij een schoongemaakte Hollandse Nieuwe op een kartonnetje legt. Al na de eerste hap verzucht de klant dat het visje fris ziltig is en lekker vet. “En vet is smaak weet u. Ik kan er geen genoeg van krijgen”, aldus de zichtbaar genietende Dalfsenaar die wekelijks één of twee harinkjes komt nuttigen. “Niet aan de staart, maar op z’n Amsterdams in stukjes. Dat vind ik lekkerder eten.” Tja, smaken verschillen.
Recentelijk sleepten Gert-Jan en zijn vrouw Marloes als eerste Overijsselse viszaak het blauwe MSC keurmerk in de wacht. Diverse vissoorten en schaal- en schelpdieren in het assortiment zijn aantoonbaar duurzaam, traceerbaar van bron tot bord. “Juist deze tijd vraagt om duurzame keuzes voor de toekomst”, benadrukt Beekhuis. “We willen voorop lopen als visspecialist. De consument die steeds vaker kiest voor duurzaam gevangen vis kan vanaf nu terecht in onze viswinkel.”
Terug naar die Hollandse Nieuwe. Want hoewel de naam anders doet vermoeden komt de zilte traktatie niet uit Nederlandse wateren, maar uit Deense, Zweedse en Noorse contreien. De vis wordt in Skagen in Denemarken volgens Nederlands procedé gekaakt en gepekeld en van daaruit gedistribueerd. Zo komt het visje dus aan zijn naam. De smaak is er overigens niet minder om.
“Op dagen als deze sta ik bijna onafgebroken haring schoon te maken”, aldus Gert-Jan Beekhuis die toelicht dat de nieuwe haring tot eind december als Hollandse Nieuwe mag worden verkocht. “Daarna heet hij maatjesharing. Die is langer ingevroren geweest en daardoor wat zachter en een tikkeltje zouter”, terwijl hij routineus een harinkje van de graat haalt. ‘Uitjes er bij?”