Minder bushaltes dan in 2018, hoe zit het in het Vechtdal?

VECHTDAL - In Nederland ging het aantal bushaltes de afgelopen vijf jaar van ruim 22.100 naar ruim 20.600.  Dat is een daling van 7 procent. Dit blijkt uit onderzoek van de regionale omroepen. Dit betekent onder meer dat er nu 67 dorpen meer zijn zonder opstapplek binnen de bebouwde kom. Regionaal en lokaal zijn de verschillen groot. Hoe zit het in het Vechtdal?

De cijfers in Het Vechtdal lopen nogal uiteen. Zo werden er in Dalfsen tussen 2018 en 2023, 10 haltes opgeheven. Dat is een daling van 16 procent. Ommen is een stabiele factor, qua opstapplaatsen voor de bus, er zijn nog steeds 37 bushaltes, net zoveel als in 2018. Hardenberg leverde de afgelopen 5 jaar, 7 bushaltes in, een daling van 6 procent.

Sommige kleinere kernen moesten ook iets inleveren. Zo werden er in Dedemsvaart 2 haltes opgeheven, in Nieuwleusen moest 1 halte het ontgelden,

Meer haltes in Lemelerveld, Mariënberg, Lemele en Slagharen

In Lemelerveld kwamen er 3 nieuwe haltes bij. Dat betekent een stijging van 20 procent. Het dorp heeft nu 5 opstapplekken voor de bus. Mariënberg had in 2018 slechts één halte, daar is er inmiddels eentje bijgekomen. Lemele had voorheen geen bushalte, inmiddels zijn er 2 opstapplekken voor de bus. In Slagharen zijn er nog steeds 3 haltes, net zoveel als in 2018.

Landelijk zijn de verschillen ook groot. In Overijssel er nu 4 procent minder bushaltes, dan in 2018. Terwijl er in Drenthe een daling is van 17 procent. In Zeeland en Flevoland zijn er juist meer haltes bijgekomen.