Remco de Vos bij de stuw
Remco de Vos bij de stuw

Hoge temperaturen en weinig neerslag. De droogte in Nederland bereikt op veel plekken een extreem niveau. Dit zorgt voor problemen voor zowel natuur als de economie. Volgens Jesse Schuitemaker, boswachter ecologie bij Natuurmonumenten, moet er nu echt wat gebeuren. “Het is een beetje op het niveau van 2018/2019, toen we ook te maken hadden met extreme hitte. Er valt af en toe een flinke regenbui, maar die piekbuien zijn zo weg.”

Eén van de gevolgen van droogte is biodiversiteitsverlies volgens Schuitemaker. “Nederland is koploper in biodiversiteitsverlies, steeds meer planten en de daarbij horende dieren verdwijnen door het huidige landgebruik. We zien dat bijvoorbeeld bij veel insecten en de kamsalamander. Die laatste staat op de lijst van dieren die bedreigd worden." De amfibie is volgens de ecoloog heel bijzonder, hij stelt namelijk heel hoge eisen aan het water waarin hij leeft. "Dat betekent dat hij een indicator-soort is. Wanneer deze salamander er zit, is de kans groot dat er ook veel andere dieren zitten.”

Ook in de landbouw zijn de gevolgen van de droogte steeds meer zichtbaar. Remco de Vos, eigenaar van een melkveebedrijf in Lemelerveld, merkt de negatieve gevolgen van de droogte. “Het was hier altijd al droog, maar het lijkt alleen maar droger te worden, waardoor er meer schade aan het gewas ontstaat.”

Beregenen en nog eens beregenen

De Vos kan sinds twee jaar elektrisch beregenen. “Dat is supermakkelijk. Als je het goed voor elkaar hebt, is droogte misschien zelfs wel makkelijk. Je hebt het meer in de hand.” Maar daar tegenover staat wel iets anders volgens De Vos. “Het kost bakken met geld en werk. Soms ben ik wel twee uur per dag bezig met het beregenen. Ik denk dat het slecht voor de biodiversiteit is."

Experimenteren

Dat er iets moet gebeuren, staat voor Schuitemaker wel vast. Maar wat precies? Het effect van één van de projecten om water vast te houden in het gebied is goed te zien bij de grachten van Kasteel Eerde. De linker gracht staat droog, terwijl de rechter gracht gevuld is met water. “We hebben bij de rechter gracht rabatten dichtgemaakt en stuwen geplaatst. Allemaal om ervoor te zorgen dat we het water vasthouden. Dit zie je ook aan de planten die er groeien en daarbij de dieren die er zijn.”

Wat zijn rabatten? Rabatten zijn vroeger aangelegd om bosbouw mogelijk te maken in gebieden die te nat waren om de dennen voor de mijnbouw te planten. Hier werden greppels gegraven om water af te voeren en werd het zand uit deze greppels tussen de greppels ingelegd. Op deze ontstane hoogte werden vervolgens de bomen geplant. Zo heb je dus een hogere (dus drogere) standplaats en voer je het water af uit deze gebieden.

gracht kasteel eerde

Gracht bij Kasteel Eerde

Dat stuwen kunnen bijdragen om het water langer vast te houden, merkte ook De Vos. Er lopen drie sloten door zijn land dat zich onderaan de Lemelerberg bevindt. Het water loopt vanaf daar naar beneden. Vroeger zaten er drie stuwen in de sloten, samen met andere boeren uit de omgeving heeft hij daar iets aan gedaan. “We hebben maar liefst dertien stuwen erbij ingezet, omdat het water afloopt. Nu kunnen we het water beter tegenhouden."

zelfgemaakte stuw

Zelfgemaakte stuw

Spons en meanders

Zowel de Vos als Schuitemaker onderzoeken hoe ze om moeten gaan met droogte.

Stuwen bouwen is niet het enige wat nodig is, volgens Schuitemaker, Natuurmonumenten is bezig met een project om meer reliëf aan te brengen in het stroomgebied van de Regge, zodat het water langzamer wegstroomt. “We willen ervoor zorgen dat het water langer in ons gebied blijft. Het waterschap heeft samen met ons en andere partijen eerder de rivier ook al laten hermeanderen.”

De Vos is ook bezig met mogelijkheden om het water langer vast te houden. Volgens hem zijn veel boeren bezig met organische stoffen. “Die organische stoffen kunnen werken als een soort spons. We zijn ook echt bezig met bodemleven verbeteren en veranderen, maar het blijft moeilijk. We weten dat we naar de maan heen en terug kunnen, maar over de bodem weten we eigenlijk nog heel weinig. We blijven ontwikkelen.”