LEMELERVELD - Slechts de helft van de mensen van 60-75 jaar praat over de toekomst, blijkt uit onderzoek. Om het gesprek over later te stimuleren, lanceert het ministerie van VWS de campagne ‘Praat vandaag over morgen’. De boodschap: praat over hoe je fit wilt blijven, hoe je wilt wonen en wat je voor elkaar kunt doen als zorg nodig is. In de gemeente Dalfsen wordt dit gesprek gestimuleerd door het huisbezoekproject Lang Leve(n) Thuis.
In het project Lang Leve(n) Thuis van Saam Welzijn focussen vrijwilligers zich op 75-plussers in de gemeente Dalfsen. Zij zoeken ouderen actief op, om te zien of ze zich goed voorbereiden op het ouder worden. Vrijwilligers Femie Lugtenberg en Minie van der Vegt zetten zich met veel plezier in.
“Ik heb eigenlijk het leukste vrijwilligerswerk dat ik kan bedenken,” vertelt Femie. Nadat ze afscheid nam van haar cateringwerk bij zorgcentrum Rosengaerde, gingen er bij het project Lang Leve(n) Thuis nieuwe deuren voor haar open: “Zo kon ik met ouderen blijven werken. Ik hou ervan om contact te zoeken en om dit contact heel open te benaderen. Met dit project wordt het contact extra zinvol, omdat je ze helpt met problemen waar ze in de maatschappij tegenaan lopen.”
Positieve gezondheid
Het uitgangspunt voor de gesprekken van de vrijwilligers zijn zes dimensies uit ‘Positieve gezondheid’. Wendy Leeuwenkuyl, projectleider van Saam Welzijn, legt uit: “We willen met deze werkwijze naar alle facetten van de gezondheid kijken. Niet alleen lichamelijke gezondheid, maar ook de mentale gezondheid speelt een grote rol. Waar word ik blij van of hoe kan ik prettig mee blijven doen in de samenleving?”
Met de werkwijze ‘positieve gezondheid’ kunnen beide vrijwilligers open het gesprek aangaan over onder meer zingeving, kwaliteit van leven en het dagelijks functioneren. Minie: “Het helpt om een houvast te hebben tijdens de gesprekken, maar uiteindelijk is het persoonlijke gesprek vooral belangrijk. Door goed te luisteren merk je dat ouderen je gaan vertrouwen. Op die manier is het gesprek aangaan heel zinvol. Je krijgt te weten wat er speelt.”
Kaart aan de deur
De vrijwilligers benaderen ouderen met een kaart met daarin informatie over het project Lang Leve(n) Thuis, die ze bij voorkeur fysiek overhandigen aan de voordeur. “Het is heel vrijblijvend, we geven een kaart en leggen er niet de druk op dat we meteen een afspraak gaan maken,” zegt Femie. Op een later moment komen de vrijwilligers terug, om te zien of er interesse is in een huisbezoek. “Ouderen zijn uiteraard nergens toe verplicht,” voegt Minie toe.
Er wordt wel eens nee gezegd, maar vaak staan mensen open voor een bezoek. Wanneer er eenmaal een afspraak is gemaakt, weet Femie dat je iemand iets kunt bieden: “Je helpt ze op weg in het contact met andere mensen. Je benoemt projecten en activiteiten in de buurt. En sommige mensen kennen het Infopunt ook nog niet.” De Infopunten in de vijf kernen zijn er om mensen te helpen met allerlei vragen, over bijvoorbeeld wonen, werk, zorg en welzijn. “Het kan net dat steuntje in de rug zijn waardoor ze zelfstandigheid behouden en de eenzaamheid kunnen voorkomen.”
Training op maat
Om vrijwilligers goed beslagen ten ijs te laten komen, krijgen ze een training van Saam Welzijn. Soms bestaat dit uit een avond met gastsprekers, waarbij er aandacht kan zijn voor financiële zaken of digitale scholing, maar soms kunnen vrijwilligers ook mee met projectleider Wendy, wanneer ze zelf een huisbezoek brengt: “Ik probeer maatwerk te leveren en de training aan te passen op de behoefte van de vrijwilliger. Dit kan bijvoorbeeld gaan over hoe de zorg wordt ingezet bij ouderen, maar je kunt vrijwilligers ook helpen met een gesprekstraining.”
De werkwijze ‘Positieve gezondheid’, die de gemeente Dalfsen ook al gebruikt op andere momenten, moet inzicht geven in de oudere generatie binnen de gemeente. “Een kort gespreksverslag stellen we na een huisbezoek op, om te laten zien waar behoefte aan is geweest en welke vragen er leven. Dit verslag koppelen wij terug aan Saam Welzijn,” zegt Minie.
Verschil met vroeger
Voor Wendy is deze terugkoppeling belangrijk, om zo de 75+ers in beeld te houden: “De doelstelling van het project is om al preventief ouderen op tijd na te laten nadenken over hoe ze oud willen worden en dat ze op tijd actie kunnen ondernemen wanneer dat nodig is. Het is niet meer zo dat je binnen een halfjaar kleiner kunt gaan wonen, als je daar behoefte aan hebt. Dat is echt wel een verschil met vroeger.”
Ook is het van belang dat ouderen bij zichzelf nagaan of ze digitaal vaardig genoeg zijn om mee te kunnen blijven doen in de maatschappij, legt Leeuwenkuyl uit. “Of dat ze toch, wanneer ze minder vitaal worden, weten hoe ze onder de mensen kunnen blijven. De vrijwilligers adviseren hierover.”
Enthousiast doorgaan
Vrijwilligers Femie en Minie hopen nog lang van waarde te kunnen zijn voor de 75-plussers binnen de gemeente. “Het is heel bijzonder dat mensen open naar je zijn en je vertrouwen,” zegt Minie.
Femie denkt voorlopig ook nog niet aan stoppen en blijft enthousiast over haar vrijwilligerswerk: “Al zal er maar een van de tien bezoeken zijn, waarbij je iemand echt op weg helpt. Het is voor mij heel waardevol dat ouderen zich goed voelen bij de jaren die ze nog hebben.”
Op de foto: vrijwilligers Minie van der Vegt (l) en Femie Lugtenberg