REGIO - Vitaal Vechtdal heeft een nieuwe voorzitter. Initiatiefnemer Paul Habets heeft na twaalf jaar het stokje overgedragen aan Mariska de Groot. Een nieuwe wind, maar de koers blijft onveranderd: samen werken aan een gezond leven voor alle inwoners in het Vechtdal.
Vitaal Vechtdal is een uniek samenwerkingsverband tussen onder andere gemeenten, zorg- en welzijnspartijen, werkgevers, het onderwijs en woningbouwcoöperaties. Het is gericht op gezondheid en bedoeld om inwoners te ondersteunen bij een gezond leven. Het is de plek voor werkgevers die de vitaliteit van werknemers willen vergroten en voor zorgprofessionals die onderlinge samenwerking willen bevorderen.
Vitaal Vechtdal neemt afscheid van grondlegger Paul Habets
Het initiatief voor de samenwerking komt van huisarts Paul Habets uit Ommen. “In de spreekkamer zag ik iets veranderen. Mensen worden steeds zwaarder en krijgen eerder een chronische ziekte. Een nieuwe diabeet kwam eerder rond z’n 65e jaar. Ik zag deze leeftijd gaandeweg dalen. Toen er iemand met 45 jaar kwam, dacht ik: ‘hier gaat iets goed mis’.”
Naast de veranderende leefstijl van patiënten was er voor de huisarts een tweede reden van zorg. “De groep ouderen wordt groter, de beroepsbevolking wordt kleiner. Als de groep werkenden ook uitvalt door ziekte, dan hebben we te weinig gezonde mensen die al het werk moeten doen.”
Piramide van gezondheid
Paul sprak er met collega’s over en samen met Pauline Terwijn, destijds bestuurder van het ziekenhuis in Hardenberg, besloot hij het probleem aan het pakken. “Onze belangrijkste taak was: hoe krijg je het zover dat mensen meer bewust zijn dat gezondheid en gezond leven belangrijk is.”
Paul vertelt dat hij zich vaak heeft afgevraagd wat hij als dokter kan betekenen in dit immense vraagstuk. “Een mens is 5500 uur per jaar wakker en maar één uurtje ervan bij de dokter. De rest van de tijd is hij op school, thuis of op het werk. De mens is dus vooral op plekken waar de dokter niet is. Dus ik kan als huisarts ook niet in één uur regelen dat Nederland gezonder wordt en de leefstijl verbetert.” De huisarts bedacht de piramide van gezondheid, wat inhoudt dat samenwerking vanuit zowel wonen, werk, zorg en school de beste kans geeft op succes.
Vanuit die gedachte besloten ze collectieve programma’s te maken in de regio. Samen met gemeenten, onderwijs en verenigingen werden er bijeenkomsten opgezet rond de thema’s bewegen, roken, alcohol, voeding en ontspanning. “De eerste bijeenkomst over stoppen met roken trok zo’n 250 mensen. Ook de Diabetes Challenge en wandelinitiatieven zijn nog altijd een succes. Groepsvorming bleek de sleutel voor succes.”
Vooruitstrevend initiatief
De aanpak van Vitaal Vechtdal was vooruitstrevend. Alles bedoeld om inwoners te helpen om langer gezond te blijven. Dat zag ook de nieuwe voorzitter Mariska de Groot. Ze is voorzitter van de Raad van Bestuur van Saxenburgh en werkte destijds als directeur in Isala in Meppel. “Er werd met heel veel interesse gekeken naar Vitaal Vechtdal. Het was de eerste regio waar dit van de grond kwam.” Mariska volgde Paul begin dit jaar op als voorzitter van Vitaal Vechtdal. Het belang van de samenwerkingsvorm is nu groter dan ooit. Dat wordt nu ook elders in het land gezien. Mariska: “De druk op de zorg wordt steeds groter doordat het aantal werkende mensen daalt en de groep die met pensioen gaat enorm groeit. Langzamerhand komt wel het besef dat de zorg niet de oplossing voor alles is. We kunnen proberen met minder mensen steeds meer te doen, maar een echte oplossing is zorgen dat mensen zo lang mogelijk gezond blijven en zo min mogelijk zorg nodig hebben.”
Snel uit de startblokken
Na twaalf jaar geeft Paul de regie uit handen. “Het is een beetje mijn kindje natuurlijk. Maar als je niet meer actief bent in je werk, dan wordt je netwerk kleiner en is het mooi geweest”, zegt de huisarts die begin dit jaar met pensioen ging. “Ik geef niet alleen het stokje over, maar ook de vlam. Die blijft branden.”
Die taak is voor Mariska In heel Nederland ontstaan nu dit soort samenwerkingsvormen. Het is fijn dat Vitaal Vechtdal al langer bestaat. Daardoor kennen de samenwerkingspartners elkaar goed en komen we snel uit de startblokken. Het Vechtdal is een overzichtelijke regio, wat helpt om resultaat te bereiken."
“Langzaam komt het besef dat zorg niet de oplossing voor alles is” Mariska is gedreven. “Ik geloof dat hier een oplossingsrichting ligt voor een gezonde regio. Dat gaan we als ziekenhuis zeker niet alleen realiseren. Bij veel patiënten die wij zien met zogenaamde welvaartsziekten ligt de oorzaak van het ziek worden al eerder in hun leven. De echte oplossingen moeten we dus ook daar zoeken en niet in het ziekenhuis. Heel vaak zijn oplossingen dichter bij huis te vinden die veel effectiever zijn. Samenredzaamheid speelt daarbij een belangrijke rol. Denk aan noaberschap wat in deze regio nog heel sterk aanwezig is.”
Je hebt elkaar nodig
Om het doel te bereiken en te werken aan een gezonde regio wordt wat van de inwoner gevraagd. “Het is best ingewikkeld om aan gezondheid en vitaliteit te werken. Het is moeite doen en de eerste stap zetten. Vitaal Vechtdal laat zien dat je het niet alleen hoeft te doen. Je hebt elkaar nodig”, zegt Mariska. “Daarnaast zullen we de inwoners die moeite hebben om het hoofd boven water te houden moeten ondersteunen. Want als je je zorgen moet maken over de basisbehoeften, heeft gezond leven niet de prioriteit.” “Zorgen voor goede gezondheid kan alleen door brede regionale samenwerking. Daar vaart de hele regio wel bij.” Eén van de uitdagingen is nog meer aansluiten bij wat inwoners nodig hebben en wat er leeft. Om dat te bereiken wil Vitaal Vechtdal de samenwerkingen nog verder verbreden. Met nog meer werkgevers die zich aansluiten en nauwer contact met bijvoorbeeld verenigingen en wijkorganisaties.
Eén ding is voor Paul en Mariska helder. Zorg is niet de oplossing voor alles. “Ik ben dokter geworden, niet alleen om mensen beter te maken. Ook om ze te helpen niet ziek te worden”, zegt de oud-voorzitter. “Dat kan ik niet alleen, want over zaken als werk, woning en armoede heb ik niets te vertellen. Daarom is ook de inzet van werkgevers, gemeente, scholen en woningbouw nodig.”