REGIO - Op het moment dat de 16-jarige Sanne Westenberg te horen krijgt dat ze botkanker heeft in haar heup- en bekkengebied, verandert alles. Een diagnose van Ewing-sarcoom, een zeldzame en agressieve vorm van botkanker, zet haar toekomst volledig op zijn kop. De topsportcarrière die in het verschiet lag, haar studieplannen, haar zelfstandigheid: alles komt stil te staan. Nu, vijf jaar later, kijkt ze vooruit. Niet alleen als overlever van kanker, maar als aanstormend talent in het Nederlands zitvolleybalteam. In juli reist ze met haar team af naar het EK in Györ, Hongarije. Haar verhaal is er één van lichamelijke littekens, mentale kracht, doorzettingsvermogen en hoop: voor zichzelf én haar sport.

Maar Sannes verhaal is er niet een van nederlaag. In februari 2021 werd ze officieel kankervrij verklaard, en aankomend jaar viert ze haar vijfde jaar zonder ziekte. “Gelukkig ben ik nu vier jaar kankervrij en dat geeft toch wel een lekker gevoel. Je gaat er mee naar bed en staat er mee op.” Na veertien zware chemokuren met een overlevingskans van 60 tot 80 procent bleven de fysieke gevolgen niet uit. Ze loopt met een kruk, gebruikt een rolstoel voor langere afstanden en heeft blijvende schade aan organen én hersenen. “Mijn hele lichaam heeft een optater gehad. Naast dat diverse organen van mij niet meer werken zoals het zou moeten, laat ook mijn geheugen mij vaak in de steek. Ik heb vaak koorts en ben snel vermoeid. Dit is lastig want je wilt graag ‘gewoon’ meedraaien in de maatschappij, maar dat lukt niet meer.”

De weg terug naar de sport

Drie jaar lang had Sannes moeder Mascha haar aangemoedigd om zitvolleybal te proberen. "Zou je niet gaan zitvolleyballen? Want het volleyballen vond je altijd zo leuk." waren vragen die regelmatig vielen. Maar Sanne aarzelde. "Ik had er eerst niet zoveel zin in, ik was bang dat mijn lichaam het niet aan zou kunnen."

Uiteindelijk won de wil het van de angst en ging ze mee naar Captains Kangeroe in Hardenberg. Die eerste training was een openbaring. "Ik weet nog wel dat de eerste keer echt heel zenuwachtig was, de eerste tien minuten. Maar toen zat ik zo op mijn plek, omdat ik gewoon weer volleybal in mijn handen had. Dat ik echt zoiets had van: ja, dit moet het gewoon zijn."

Wat volgde was een snelle opmars die zelfs haar verbaasde. Na één training bij de club ging ze direct door naar het Nederlandse team. "Ik mocht gelijk mee naar Cairo voor de Worldcup. Daar werden we negende." Een prestatie die des te opmerkelijker is als je bedenkt dat ze pas zes weken eerder voor het eerst zitvolleybal had gespeeld.

Zitvolleybal als nieuwe passie

Zitvolleybal blijkt niet alleen een fysieke, maar vooral een mentale redding. “Zitvolleybal heeft me zeker gelukkiger gemaakt. Het is niet dat ik in die andere periode niet gelukkig ben geweest. Maar toen ik ben begonnen met zitvolleybal ben ik er eigenlijk pas achter gekomen dat sport, dus zitvolleybal, voor mij een cruciaal stuk is om heel veel plezier uit te halen. En van waarde te zijn, want dat mis je vooral.”

Voor iemand met VWO-niveau en grote dromen is het verlies van concentratievermogen en geheugen pijnlijk. “Door mijn hersenletsel is een studie eigenlijk onmogelijk. Dus dan is het heel fijn om op deze manier bij te dragen en mee te doen aan de samenleving.”

Wat zitvolleybal extra bijzonder maakt, is niet alleen het spel, maar de verbondenheid. “Iedereen heeft wel iets meegemaakt. Daardoor word je gewoon geaccepteerd. Je bent niet anders. Ze zien jou als persoon zelf.” Het zorgt voor bijzondere vriendschappen, wederzijds begrip en een gevoel van thuishoren.

Toch blijft de fysieke tol hoog. “Ik ben nu veel eerder moe. Als ik een toernooi zoals in Caïro speel, dan moet ik best wel lang herstellen.” Haar orthopeed en oncoloog hebben echter besloten dat het geluk dat ze uit de sport haalt belangrijker is dan de fysieke kosten. "Voor mij gaat dan het geluk van de sport wel boven de pijn," zegt ze met de vastbeslotenheid van een echte topsporter.

Op weg naar het EK in Györ en verder

Op 25 juli vertrekt het Nederlandse zitvolleybalteam naar Györ, Hongarije, voor het Europees Kampioenschap. De voorbereiding is intens. “We trainen nu elke vrijdag vier uur lang samen met het Nederlandse team. Dan hebben we allemaal nog onze eigen clubtraining en iedereen traint ook thuis, twee keer per week sowieso kracht. Daarnaast hebben we deze week een voorbereidingstoernooi in Assen. Daar spelen we tegen Canada, Amerika, Italië en Frankrijk.”

De doelstelling voor het EK is ambitieus maar realistisch. "Bij het EK hebben wij als doelstelling de top zes," zegt ze. Dit is een uitdagend doel voor een team dat zichzelf omschrijft als "in opleiding" allemaal jonge vrouwen die nog groeien in hun sport. Het recent behaalde resultaat bij de Golden Nations League in Polen geeft vertrouwen. "Twee weken terug hebben wij in Polen gespeeld en daar zijn wij vijfde geworden. Dat zijn ook hele spannende wedstrijden geweest," vertelt Sanne enthousiast.

Het grotere doel ligt echter nog verderop: de Paralympische Spelen van 2028 in Los Angeles. “Parijs 2024 had misschien ook gekund, maar dan moesten wij ons plaatsen in China. de inzet van het team en staf is er wel, alleen het geld ontbreekt."

Door de winst afgelopen oktober in Praag bij de Silveren Nations League en de promotie naar de Golden Nations League, hebben NOC*NSF en de Nevobo de stijgende lijn en groei gezien. En hebben ze inmiddels financiële steun toegezegd om richting LA 2028 toe te werken. “We trainen nu veel intensiever en hebben meer budget. Daardoor kunnen we meer toernooien spelen.”

De weg naar Los Angeles loopt via verschillende kwalificatietoernooien. In 2027 krijgt de nummer één van het EK een direct Paralympisch ticket, maar voorlopig draait het vooral om het verzamelen van punten voor de wereldranglijst. Voor dit jaar staat er na het EK nog een World Cup in Fort Wayne, Indiana op het programma, waar ze zullen spelen tegen toplanden als China en Brazilië.

Een sport in de schaduw

Naast haar persoonlijke missie heeft Sanne er ook een sportieve strijd bij: de zichtbaarheid van zitvolleybal in Nederland vergroten. Die strijd blijkt minstens zo zwaar als de fysieke trainingen. “Door de onbekendheid en de weinige aandacht voor het zitvolleybal is het erg moeilijk om sponsoren te vinden, die wel hard nodig zijn om onze doelstellingen te kunnen gaan halen. Er wordt landelijk veel gepraat over inclusiviteit maar binnen de sport is er nog een duidelijk verschil tussen invalide en valide sporters.” En dat terwijl de potentie en impact groot zijn: voor sporters én voor de samenleving. “We komen bij heel veel volleybalverenigingen en die zeggen: zitvolleybal? Dat ken ik helemaal niet. Eigenlijk is dat natuurlijk wel heel bijzonder. Want bijna iedereen kent beachvolleybal, maar van zitvolleybal heeft men vaak nog nooit gehoord.”

Sanne en haar team zetten zich actief in om daar verandering in te brengen. Via clinics, presentaties en evenementen proberen zij bewustzijn te creëren. “We zijn nu heel erg bezig om het woordje zitvolleybal bekender te krijgen. Zowel binnen als buiten de volleybalwereld.”

Een veelvoorkomend misverstand dat Sanne wil doorbreken, is dat zitvolleybal alleen bedoeld zou zijn voor mensen met een zware handicap. “Dat is niet zo. Bij mijn club in Deventer zijn we met vijftien man, waarvan er maar vijf daadwerkelijk gehandicapt zijn. De rest zijn mensen met lichte blessures of gewoon valide sporters die de sport leuk vinden. Zitvolleybal biedt dus juist ook een laagdrempelige manier om blessurevrij te blijven sporten of om terug te keren na letsel.” En dat is een boodschap die Sanne, samen met haar teamgenoten, wil verspreiden.

Een boodschap voor anderen

Wat zou ze zeggen tegen haar 16-jarige zelf, terugdenkend aan het moment van de diagnose? “Als het op dat moment even niet gaat, dan is het oké en durf je dan

kwetsbaar op te stellen en om hulp vragen. Je hoeft namelijk niet alles alleen te doen.” En voor mensen die twijfelen of ze nog kunnen of durven sporten na ziekte of letsel? “Je weet pas hoe ver je kunt gaan als je het probeert.” Voor Sanne is de boodschap helder: sport is geen luxe, maar levensvreugde. "Waarom zou ik mezelf dan nu het geluk ontnemen?”

De ziekte heeft Sanne geleerd om anders naar het leven te kijken. "Want daarvoor dacht je natuurlijk dat je onverwoestbaar was, als het ware. Als je iets wil, dan kan het over tien jaar wel. En nu heb ik wel echt ingezien: wil ik iets doen, dat ik het ook ga plannen en niet dat ik denk van: ja, maar dat komt dan en dan allemaal wel." Deze nieuwe blik op het leven heeft ook geleid tot diepere relaties. Haar vriend, met wie ze net twee maanden samen was toen ze ziek werd, staat nog steeds aan haar zijde. “Hij is goud waard, met alles wat hij voor mij doet en hoe hij er altijd voor mij is.”

Uitkijkend naar de Toekomst

Sannes verhaal is er een van uitzonderlijke veerkracht. Van een tiener die vocht tegen een levensbedreigende ziekte tot een topsporter die Nederland vertegenwoordigt op het hoogste niveau - haar reis illustreert de kracht van doorzettingsvermogen, de steun van geliefden, en het vinden van nieuwe passies wanneer oude dromen onbereikbaar zijn geworden.

Wanneer ze over enkele weken in Györ het Nederlandse shirt aantrekt, draagt ze niet alleen haar eigen dromen met zich mee, maar ook die van een hele sport die om erkenning en groei vecht. Voor Sanne is elke bal die ze speelt, elk punt dat ze scoort en elke wedstrijd die ze wint een krachtig bewijs dat beperkingen niet bepalen wie we zijn. "Het leven gaat nou eenmaal door.”

Ingezonden foto



Tekst Emma van Uden
Vorige