Video's

Met zwaarden, kostuums en een nagebouwd middeleeuws kamp ging Ankum achthonderd jaar terug in de tijd. Toen werd vlak bij Dalfsen een conflict uitgevochten tussen de bisschop van Utrecht en ridder Haco van den Rutenberg. Zaterdag 14 juni werd de slag nagespeeld.

De Slag bij Ankum was onderdeel van meerdere gevechten tussen lokale boeren, de bisschop van Utrecht en zogenoemde roofridders. “De gevechten hadden alles te maken met de machtsverhoudingen,” vertelt amateurhistoricus Wim Visscher. Hij deed onderzoek naar de Slag bij Ane (1227) en schreef hierover een boek. Visscher weet veel over deze middeleeuwse periode.

“De bisschop en geestelijken hadden de ridders nodig om de boeren in bedwang te houden”, vertelt Visscher. “Maar soms werden deze ridders te machtig en opstandig: zogenoemde roofridders. Ze chanteerden de kooplieden in de steden, dwongen belastingen af en eisten steeds meer tol. Dan had de bisschop de steun van de steden weer nodig om de ridders een kopje kleiner te maken.” Omgekeerd had de bisschop ook ridders nodig om opstanden van boeren neer te slaan. “Het waren voortdurende wisselwerkingen in die tijd.”

Een van de ridders die de bisschop te machtig werd, was zijn eigen raadsman: Haco van den Rutenberg. Hij was een ridder met aanzien in Overijssel en afkomstig uit een adellijke familie. De ruzie werd uitgevochten bij het kasteel van Rutenberg in Ankum.

Op diezelfde plek is achthonderd jaar later de strijd nagespeeld.

Een van de initiatiefnemers was Wim de Vries. Hij speelde de beschermheilige Cyriacus, die de lokale bevolking bijstond in het gevecht. “Het was leuk om dit na te spelen met de inwoners van Ankum,” vertelt hij. “Jong en oud deden mee, en ook de burgemeester. Het is mooi dat de inwoners betrokken zijn bij een belangrijke gebeurtenis van zo lang geleden.”