Arno tijdens de vakantie in 1992
Arno tijdens de vakantie in 1992 © Arno Huijgen

In 1992 sloeg het noodlot toe voor Arno Huijgen. Tijdens de vakantie in Slagharen bij De Bonte Wever ging de destijds vierjarige zwemmen met het hele gezin. Hij verdronk bijna en lag twee dagen in het ziekenhuis. Een man wist hem net op tijd te redden. "Ik had niet langer onder water moeten blijven, dan was het klaar geweest", vertelt Arno. Nu, bijna 31 jaar later, zoekt hij de held die hem heeft gered: "Ik denk er nog dagelijks aan."

De gebeurtenis staat op het netvlies van Arno gebrand. Hij weet nog dat zijn vader en broer in het zwembad waren en dat hij ook wel wilde zwemmen.

Voorzichtig ging hij het water in, eerst op een soort bankje. Daar kon de kleuter prima staan, niet wetende dat een paar stappen verder het diepe water begon. "Ik zie nog de felle lamp in het water voor me, ik probeerde naar boven te zwemmen maar dat lukte niet. Daarna werd het zwart", zegt Arno. Vervolgens werd Arno wakker in het ziekenhuis, hij had water in zijn longen gekregen.

Held

Arno weet zeker dat de reddende engel een man is: "Hij dacht waarschijnlijk, goh wat is die jongen lang onder water. Hij heeft mij uit het water gehaald.”

Naast de man die hem heeft gered, was er ook een badmeester die volgens Arno goed heeft gehandeld: “Hij heeft me naar het ziekenhuis gebracht, ik zou hem ook graag willen vinden.” De ouders van Arno weten verder ook niets over de badmeester en de held. Zij waren waarschijnlijk in paniek, denkt Arno: "Mijn moeder is altijd heel oplettend, maar een gevaar zit echt in een klein hoekje."

De zoektocht

Onlangs heeft Arno een bericht op Facebook geplaatst die ondertussen al bijna 10.000 keer is gedeeld. Al jaren dacht de inmiddels 35-jarige aan het beginnen van een zoektocht naar de held en de badmeester: "De afgelopen vijf jaar dacht ik steeds, dit is het moment. Misschien leeft hij niet meer, maar ik kan me voorstellen dat hij het aan anderen heeft verteld omdat het voor hem ook bijzonder moet zijn geweest. Nu is het eindelijk zover."

Arno wil graag het verhaal horen van de man die hem heeft gered: “Ik wil weten hoe hij het heeft beleefd en ik wil hem heel graag bedanken. Hij heeft er toch voor gezorgd dat ik mijn leven kan leven."

Mocht de zoektocht niet slagen, dan heeft Arno daar ook vrede mee: “Dan heb ik het geprobeerd. Uitstellen was gewoon geen optie meer. Ik heb nu zelf een zoontje en we zwemmen dagelijks op Bali. Het zwembad ziet er een beetje hetzelfde uit. Ik word constant teruggebracht naar het moment."